|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Zorgethiek draagt bij tot een verdieping van een "zorgethische" grondhouding bij de studenten voedings-en dieetkunde en tot een leren verantwoord ethisch argumenteren en redeneren.En dit zowel in het eigen denken en argumenteren als in het hierover leren communiceren met andere disiplines.We hopen dat zorgethisch leren denken en handelen bij studenten kan bijdragen tot het verbeteren van de kwaliteit van zorg voor patiënten en in de eigen verantwoordelijkheid te delen met andere expertises.Als uitgangspunt nemen we de patiënt als centrale persoon in het denken en handelen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- VD102 Denk- en redeneervaardigheid bezitten
- VD103 Ingesteldheid tot levenslang leren
- VD105 Vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen aan specialisten en aan leken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- VD208 Kunnen samenwerken met collega?s zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines.
- VD209 Kunnen functioneren in teamverband
- VD210 Op een systematische manier naar oplossingen werken: correct omschrijven en analyseren van de probleemsituaties, de problemen opdelen en onderscheiden van hoofd- en bijzaken, logisch redeneren, nauwkeurig te werk gaan.
- VD211 Op een systematische manier naar oplossingen werken: opzoeken van informatie, trekken van gegronde conclusies uit de beschikbare informatie, uitwerken van zinvolle en rationele oplossingen/strategieën en kunnen omzetten van deze oplossingen in praktische actieplannen.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- VD313 Kunnen volwaardig en zelfstandig functioneren op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar.
- VD317 Kunnen meewerken aan toegepast onderzoek.
- VD318 Kunnen functioneren in multidisciplinaire teams.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Aan de hand van praktijkvoorbeelden en casussen is het de bedoeling dat studenten in kleine groepen van 4 studenten probleemanalyses leren maken, concrete doelstellingen en actiepunten vooropstellen waarbij het zorgethisch denken en handelen voor de patiënt centraal staat.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
De student dient geslaagd te zijn in 2VD
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
In de vooropgestelde praktijkvoorbeelden en casussen toetsen en evalueren de studenten hun voorgestelde probleemanalyses, doelstellingen en actiepunten met elkaar op haalbaarheid en verantwoord zorgethisch handelen. De cliënt staat in de uitwerking van deze casussen centraal.
Aan de hand van rollenspel (zorgvrager/ zorggever) zal het geformuleerde zorgplan meer diepgang krijgen door het vragen en geven van feedback aan elkaar.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Praktijkvoorbeelden en casussen: Lea Aertsen
Handboek : Leren interprofessioneel samenwerken in de gezondheidszorg. auteurs: Giannoula Tsakitzidis en Paul Van Royen
Voordracht Fons Wouters "Zorgethisch handelen in de woon-en gezondheidscentra voor ouderen"
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
40,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
6
|
klokuren
|
60,00
|
Verdere toelichting:
Voorbereiding op de IPSIG week
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
deze component heeft geen apart evaluatiemoment. De student toont tijdens de stage en IPSIG-week aan dat hij/zij deze competenties verworven heeft
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem
|