ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 2FBT - Onderdelen - Een oogje op cellen
  

Component behoort tot O.O.: Immunologie
Afstudeerrichting: BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie
Code: 20150
Academiejaar: 2008-2009
Type: ?
Niveau: ?
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: :
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 32
Totaal aantal contacturen: 19
Totaal studietijd: 49,92
Deeltijds programma:
Vrijstelling of overdracht: niet mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Reyniers Kathy


 

KORTE OMSCHRIJVING
In de onderwijseenheid “’n Oogje op cellen” komen de flowcytometrie en de (hematologische) analysers  aan bod.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
  • BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
  • BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
  • BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
  • BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
  • BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
Beroepsspecifieke competenties

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    Hij/zij leert  :

    • wat FCM is.
    • de bespreking van  typevoorbeelden van (hematologische)analysers 
    • een blokschema van een  analyser te lezen en  begrijpen
    • het verband te leggen tussen de gemeten parameter en het te onderzoeken staal

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    • P1 alle OO
    • P2 Instrumentele analyse I

    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
  • P4 Spectrometrische analysetechnieken

  • Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    • ''Bijwerkingen chemotherapie: Chemotherapie verstoort de aanmaak van nieuwe bloedlichaampjes. Artsen noemen dit probleem beenmergonderdrukking. De mogelijke gevolgen: vermoeidheid door bloedarmoede, infectiegevaar door een tekort aan witte bloedlichaampjes en het risico op bloedingen die niet overgaan. Door goed op te letten en zo nodig door aanvullende medische behandelingen zijn deze problemen over het algemeen goed te voorkomen of te behandelen.''                            
    • Goed opletten betekent dat  men steeds op de hoogte moet blijven van het aantal rode, witte bloedcellen en van de trombocyten. Dit  kan vrij snel gebeuren met behulp van de cellentellers. FCM staat centraal bij deze analysers.

    STUDIEMATERIAAL
    • Cursus 'n Oogje op cellen Reyniers K.
    • E-campus: ppt's van de HO's
    • Tietz textbook of clinical chemistry ISBN 0-7216-5610-2 (naslagwerk)
    • BB platforum cursus 2BL P5 OO Immunologie voor opdrachten

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    8

     lesuren

      14,55

    practicum en oefeningen:

    0

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

    10

     lesuren

      18,18

    studietijd buiten contacturen:

    36

     klokuren

      65,45

    Verdere toelichting:
    • HO, bedrijfsbezoek en /of bezoek aan een (medisch) labo, groepswerk: poster

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • A: groepswerk: (of voor immunologsiche apparaten of voor 'n oogje op cellen):groepsposter ( /5) in verband met een afgesproken deelthema; het groepscijfer wordt aangevuld met een beoordeling waarbij de studenten elkaar evalueren volgens hun bijdrage aan het groepswerk (peerassessment) ( /5)             /10
    • B: INT5-2: schriftelijk examen met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen als open vragen en casusvragen              /30
    • de punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld  en herleid naar 20

    tijd voor examinering
    uren
    1

    %
     
     01,82

    Tweede examenperiode
    • enkel B kan hernomen worden: INT5-2 schriftelijk examen /30
    • De verworven punten van A in de eerste examenperiode blijven behouden ( /10)
    • De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid naar  20