ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Veiligheid in een chemisch labo
  

Component behoort tot O.O.: Chemie
Afstudeerrichting: BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie
Code: 10029
Academiejaar: 2008-2009
Type: ?
Niveau: ?
Programmajaar: 1
Periode binnen het modeltraject: :
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 8
Totaal aantal contacturen: 7
Totaal studietijd: 10,4
Deeltijds programma:
Vrijstelling of overdracht: niet mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Van Eyken Els


 

KORTE OMSCHRIJVING
De student leert in deze component veilig te werken in een chemisch lab.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
  • BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
  • BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
  • BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
  • BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
  • BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL208 Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
Beroepsspecifieke competenties

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan beschrijven met welke risicofactoren je in een laboratorium rekening moet houden.
    • De student kan uitleggen welke beheersmaatregelen mogelijk zijn om je gezondheid te beschermen.  De student kent en houdt zich aan de veiligheidsvoorschriften zoals aangegeven in het boekje 'veiligheid en kwaliteit' .
    • De student kan aangeven wat voor typen gevaarlijke stoffen bestaan en voorbeelden daarvan noemen.
    • De student kan aangeven wat voor voorzorgsmaatregelen voor verschillende typen gevaarlijke stoffen moeten worden genomen bij transport en gebruik.
    • De student kan uitleggen welke informatie op het etiket van een gevaarlijke stof kan vinden en hoe je aan een etiket kan zien welke gezondheidsrisico’s je loopt. 
    •  De student kan belangrijke informatie van een chemiekaart aflezen.
    • De student kan uitleggen welke informatie MAC-waarden geven. 
    • De student kan het inhalatierisico inschatten a.d.h.v. gegevens als dampspanning en MAC-waarde.
    • De student kan aangeven wat voor maatregelen moeten worden genomen om brand en explosie in een lab te voorkomen
    • De student kan uitleggen hoe verschillende soorten brand kunnen ontstaan en hoe deze moeten bestreden worden.
    • De student kan zich informeren over de risico’s die zich bij een experiment kunnen voordoen.
    • De student kan op een verantwoorde manier laboafval verwijderen.
    • Na deze lessenreeks heeft de student aandacht voor de problematiek van gezondheid, veiligheid en milieu in de chemie en kan hij op een veilige manier werken in een chemisch lab.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    geen
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    Het laboratoriumreglement en de gedragregels die erbij horen vormen de ‘wetten’ waaraan je je in het laboratorium moet houden.  Om veilig te kunnen werken is het zaak zo snel mogelijk vertrouwd te raken met die ‘wetten’ en de belangrijkste veiligheidsvoorzieningen. Hoe moet je een laboratoriumexperiment voorbereiden, welke gegevens moet je opzoeken om geïnformeerd te zijn over de risico’s die zich bij het uitvoeren van een experiment kunnen voordoen, welke preventieve maatregelen zijn nodig. Hoe  voer je verantwoord laboratoriumafval af ?

    STUDIEMATERIAAL
    • cursus 'veiligheid in een chemielabo'- auteur : C. Pelgrims
    • Powerpointpresentatie (te vinden op e-campus)
    • Boekje ‘veiligheid en kwaliteit’ - Plantijnhogeschool
    • Chemiekaarten en MSDS-fiches. Gegevens voor veilig werken met chemicaliën.
    • Boek : 'Arbeidsomstandigheden en veiligheid in het laboratorium', VAPRO  (schoolbibliotheek) met inzichts- en toepassingsvragen alsook casusvragen en de antwoorden.
    • VCA-cursus op intern netwerk van de school met  elektronische oefenpakket. 
    • Handleiding “Noteren en verslaggeving tijdens practica” – auteur: H. Nachtegaele – Plantijnhogeschool
    • Bezoek aan het veiligheidsinstituut.

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    6

     lesuren

      46,15

    practicum en oefeningen:

    0

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    6

     klokuren

      46,15

    Verdere toelichting:
    werkcollege en zelfstudie

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Integratieve toets : INT1.1
    • Aanwezigheid bij bezoek aan het veiligheidsinstituut.
    • POP; zo komt ondermeer de beantwoorde vragenlijst horend bij het bezoek aan het veiligheidsinstituut  in het POP.
    • Gedurende alle practica wordt in de gaten gehouden of de student zich aan de veiligheidsvoorschriften houdt.

    tijd voor examinering
    uren
    1

    %
     
     07,69

    Tweede examenperiode
    INT 1.1