ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Project: Eiwitten
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie
Code: 00327
Academiejaar: 2008-2009
Type: kernondersteunend
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 1
Periode binnen het modeltraject: P:2
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 53
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma:
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Caethoven Goele
Van Eyken Els


 

KORTE OMSCHRIJVING

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL101 Hij/zij kan zijn werk op een efficiënte en ordelijke wijze organiseren en hanteert tijdmanagementtechnieken.
  • BL102 Hij/zij kan relevante informatie verzamelen.
  • BL103 Hij/zij deelt de problemen op en onderscheidt hoofd- van bijzaken, redeneert logisch, werkt nauwkeurig, denkt kritisch, trekt gegronde conclusies uit beschikbare informatie.
  • BL104 Hij/zij stelt zich open voor het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden en kan daartoe de gepaste leerstrategieën aanwenden.
  • BL105 Hij/zij kan samenwerken met collega's zowel uit de eigen als uit andere vakdisciplines. Hij/zij functioneert goed in teamverband.
  • BL106 Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL207 Hij/zij heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis. Deze deskundigheid omvat de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen, waaronder: chemie, biologie, biochemie, microbiologie, anatomie, fysiologie, hematologie en immunologie.
  • BL208 Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
  • BL209 Hij/zij streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
Beroepsspecifieke competenties

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan eenvoudige experimentele gegevens analyseren en interpreteren.
    • De student ziet in , dat de ruimtelijke opbouw van een eiwit verbonden is met zijn werking. En dat een eiwit een pleiade aan functies kan vervullen !
    • De student ervaart via experimenten (literatuursearch) tal van eigenschappen van eiwitten.
    • De student maakt verder kennis met de meest belangrijkste funktionele groepen van proteïnen: enzymen of biokatalysatoren.De eerste kennismaking moet vooral toegespitst zijn op de ruimtelijke oprolling en de opbouw van deze biomolekulen.Bij dit eerstekontact met enzymen (eiwitten om "U" tegen te zeggen) dient ook het woord coënzym te vallen.
    • Door gebruik te maken van enkele technieken (uitzouten, spectrometrie, zuurtegraad) kan de student begrippen als extinctiecoëfficiënt, specifieke extinctie, molmassa en verdunningsfactoren) toepassen.
    • De student kan de eerder opgedane kennis waaronder werken met verdunningsfaktoren, opstellen van een ijklijn en lineare regressie, toepassen.
    • De student weet door te achterhalen welke faktoren de werking van enzymen beïnvloeden dat deze zowel in positieve als negatieve zin bespeeld kunnen worden.
      Optimale werkingsvoorwaarden zullen later vereist zijn in het enorme toepassingsgebied van deze stoffen: in industrie, analyse, diagnostiek en therapie. Bij voedselbewaring zal men de  houdbaarheid proberen te verhogen door de enzymwerking zoveel mogelijk te remmen (faktoren in negatieve zin bespelen)
    • De student is in staat elementaire zoekopdrachten te doen, dit in heldere taal te verwoorden (max. 3 blz.), te rapporteren, te illusteren, te refereren.  Dit rapport moet publiceerbaar zijn in een wetenschappelijk tijdschrift op elementair niveau.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

     

     


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

    Chemie, Meten is weten, De cel, Bio-organische chemie, Instrumentele analysen, Eiwitten


    Andere begincompetenties

    LEERINHOUDEN
    • Praktijkgedeelte :  
      • Practicum 1: Isolatie van ovalbumine uit wit van een ei en bepaling hierin van de SH-groepen.
      • Practicum 2: Kwaliteitscontrole van gehakt via een kleurtechnische meting van het aminozuur hydroxyproline in collageen-eiwit.
    • Zoekopdracht: de mens is één grote (ondersteunde) zak met enzymen.
    • In een eerste fase zoekt de student in groep de belangrijkste elementen (aangegeven in dit zelfstudiepakket) op, verklaart hij alle onduidelijke begrippen.  Hierna kiest de projectgroep een toepassingsgebied van enzymen ( dit gaat van industrie, over analyse naar therapie en gentechnieken) en structureert  de resultaten van de zoekopdracht.  Later moet de projectgroep deze duidelijk presenteren.
    • Individuele zoekopdracht : de functie van twee opgegeven eiwitten.
      Na samenbundelen van de resultaten beseft de student op deze manier ten volle de enorme functionele variatie in eiwitten.

    STUDIEMATERIAAL
    • Projecthandleiding met werkinstructies voor de labo-opdrachten, denkvragen over de practica, aanbevolen informatiebronnen, zelfstudiepakket "De mens is één grote, ondersteunde zak met enzymen."
    • e-campus voor presentaties 'projectvoorstelling',externe links, elektronische versie van de projecthandleiding,
    • Blackboard voor praktische organisatie van labosessies en presentatie, uitwisseling van informatie waaronder verslagen van practica,vergaderingen en resultaten van de zoekopdrachten.
    • eieren (verschillende types)
    • gehakt of variant
    • cursus: "Opbouw en eigenschappen van eiwitten"
    • Syllabus communicatieve vaardigheden, Sylvie Vanrenterghem 
    • Cursus 'noteren en verslaggeving'
    • Internetsearch en bib-bezoek
    • Gepubliceerde artikels in BVLT-tijdschrift van het voorbije academiejaar.

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    2

     lesuren

      02,47

    practicum en oefeningen:

    8

     lesuren

      09,88

    vormen van groepsleren:

    40

     lesuren

      49,38

    studietijd buiten contacturen:

    28

     klokuren

      34,57

    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • groepswerk (groepsproces: 25 %; groepsprodukt: 25 %)
    • individuele bijdrage: 25 %
    • projecttoets op de laatste dag van de projectweek

    tijd voor examinering
    uren
    3

    %
     
     03,70

    Tweede examenperiode

    Projecttoets

    In geval van afwezigheid tijdens de projectactiviteiten en projectvoorstelling kan de stuurgroep BL beslissen tot het opleggen van een vervangopdracht in de 2de zittijd.