ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Redactie 2: gedrukte media
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 00263
Academiejaar: 2008-2009
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: S:1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 26
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma:
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Frateur Wouter


 

KORTE OMSCHRIJVING
Hoe schrijf je een vlot leesbare journalistieke tekst? Een sportbericht, een recensie of een reportage? Hoe verwerk je een interview tot een prikkelend artikel? Door teksten van gerenommeerde journalisten te bestuderen, specifieke oefeningen te maken en vooral ... door te schrijven, vééél te schrijven... Uiteraard besteed je daarbij aandacht aan accuraat taalgebruik en een correcte spelling.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO101 De student kan strategisch redeneren.
  • JO102 De student kan creatief denken.
  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
  • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
  • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
  • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
  • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
  • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student beheerst de basisprincipes van redactionele organisatie en planning
  • De student kan artikels schrijven in verschillende genres (recensie, interview, nieuwsbericht)

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
  • Redactie 1: Schrijven voor kranten en bladen.
  • Redactie 1: Nieuwsberichten schrijven.
  •  Redactie 1: Spreken voor radio en televisie.

Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
Geen.
Andere begincompetenties
Geen.
LEERINHOUDEN
  • Schriftelijke verwerking van interviews
  • Productie van recensies
  • Productie van nieuwsberichten
  • Productie van nieuwsverslagen
  • Correct schrijven en formuleren

STUDIEMATERIAAL
  • Artikels en teksten door de lector aangeleverd.
  • L. Permentier: Stijlboek.-Roularta.
  • Verleyen M. en T.: Horen, zien en journalistiek schrijven.-Wolters Plantyn.

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

8

 lesuren

  11,59

practicum en oefeningen:

16

 lesuren

  23,19

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

43

 klokuren

  62,32

Verdere toelichting:
Geen.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • quotering voor schrijfopdrachten en portfolio (65%) 
  • schriftelijk examen op het einde van het semester (35%)

Alle schrijfopdrachten worden op basis van volgende criteria geëvalueerd: correct taalgebruik, aantrekkelijkheid op het vlak van inhoud en redactionele aanpak (koppen, intro's, streamers, bijschriften, kaderstukjes, ...), het voldoen aan de eisen van het journalistieke genre (nieuwsbericht, interview, recensie).

Voor een taak/werkstuk dat niet, of te laat, wordt afgegeven krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.

Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER).

De drie bovenstaande opmerkingen gelden ook voor de tweede examenperiode.

  • !Opgelet: voor een zware spelfout verlies je 1 punt van de 20 van het eindtotaal, zowel in de eerste als in de tweede examenperiode! 
  • Redactie 2 gedrukte media  is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

  • tijd voor examinering
    uren
    2

    %
     
     02,90

    Tweede examenperiode
    • schriftelijk examen (50%)
    • op het studiebegeleidingsmoment bespreken we welke taken je opnieuw moet maken (50%)
    • !Opgelet: voor een zware spelfout verlies je 1 punt van de 20 van het eindtotaal, zowel in de eerste als in de tweede examenperiode!
    • Redactie 2 gedrukte media is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Redactie 2: audiovisuele media
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00264
    Academiejaar: 2008-2009
    Type: kern
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 2
    Periode binnen het modeltraject: S:1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 26
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma:
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Van Doninck Jo


     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Naast het schrijven voor radio en televisie moet je ook op mondeling vlak je mannetje kunnen staan: je verfijnt je mondelinge taalbeheersing, beseft de magie van de mooie uitspraak. Je brengt je goed geschreven nieuwsverhalen met de juiste intonatie, klemtoon en snelheid.

     


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan korte en middellange nieuwsberichten en nieuwsverslagen schrijven voor microfoon onder een stijgende deadlinedruk
    • De student kan eenvoudige, korte en middellange persberichten overzetten naar korte en middellange nieuwsberichten binnen de vastgestelde deadline
    • De student kan korte en middellange nieuwsverslagen maken van debatten en/of andere gelijkaardige gebeurtenissen binnen de vastgestelde deadline
    • De student kan de nieuwsberichten en –verslagen voorzien van een geslaagde inleiding
    • De student kan teksten schrijven die geschikt zijn om voorgelezen te worden voor radio en teevee
    • De student kan nieuwsberichten en nieuwsverslagen schrijven volgens de vereisten van de audiovisuele taal

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    De student mag dit opleidingsonderdeel volgen als hij geslaagd is voor  redactie 1 Schrijven voor kranten en bladen + Redactie 1 Nieuwsberichten schrijven + Redactie 1 Spreken voor radio en televisie
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen.
    Andere begincompetenties
    • De student is bereid vaak naar radio-en teeveenieuws te luisteren en te kijken en aandacht te hebben voor de stijl, taal en opbouw van nieuwsberichten en nieuwsverslagen

    LEERINHOUDEN
    • Begrijpelijkheid, leesbaarheid en toegankelijkheid van nieuwsberichten-en verslagen voor radio en teevee.
    • Opbouw van nieuwsberichten-en verslagen voor radio en teevee.
    • Zinsbouw voor nieuwsverslagen-en berichten voor radio en teevee.
    • Gebruik van woorden voor nieuwsberichten-en verslagen voor radio en teevee.
    • Schrijven van leads voor nieuwsberichten-en verslagen voor radio-en teevee. 

    STUDIEMATERIAAL

     

    • Verplichte lectuur: P.Pelgrims. Journalistieke Radio en TV-teksten schrijven. Uitgeverij Lannoo, Tielt, 2005.
    • Werkvormen:
    • Concrete toepassingen van dit opleidingsonderdeel maken deel uit van de workshop AV
    • Zie schema studiepunten en studietijd
    • De studenten moeten ettelijke uren van hun studietijd buiten de lessen besteden aan het observeren van nieuwsberichten-en verslagen op radio-en tv-nieuwsprogramma's
    • Werkseminaries
    • Hoorcolleges voor theoretische onderdelen
    • De studenten besteden een groot deel van hun tijd aan het voorbereiden en maken van hun taken

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    5

     lesuren

      04,92

    practicum en oefeningen:

    10

     lesuren

      09,84

    vormen van groepsleren:

    5

     lesuren

      04,92

    studietijd buiten contacturen:

    75.6

     klokuren

      74,41

    Verdere toelichting:
    Geen.

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode

    Puntentoekenning gebeurt volgens permanente evaluatie en een schriftelijk examen. Het cijfer op elke test wordt toegekend volgens een systeem van puntenaftrek voor bepaalde fouten, dat op het opdrachtenblad staat aangegeven.

    Zo het aantal studenten en de organisatie van het academiejaar het toelaten wordt het volgende systeem gehanteerd:

    • Eén geschreven  nieuwsbericht 1 20p; 
    • Eén geschreven nieuwsbericht 2: 40p; (20px2)
    • Eén geschreven nieuwsverslag 1: 40p (20px2)
    • Eén geschreven nieuwsverslag 2: 60p (20x3)

    Eén examen: geschreven nieuwsverslag: 180p (20px9)

    Het totaal is dus 340p/17=20p

    In het andere geval wordt het volgende systeem gehanteerd:

    • Eén geschreven  nieuwsbericht 1 20p; 
    • Eén geschreven nieuwsbericht 2: 40p; (20px2)
    • Eén geschreven nieuwsverslag 1: 40p (20px2)

    Eén examen: geschreven nieuwsverslag: 160p (20px8)

    Het totaal is dus 260p/13=20p

    • Bij elke test wordt afgetekend voor ontvangst; afwezigheid bij testen moet gewettigd zijn met een medisch attest: het origineel bezorgt de student aan het studentensecretariaat, een kopie aan de lector, en dat binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag.  Dan kan de student een afspraak maken met de lector over het tijdstip en de wijze waarop hij de test kan inhalen. Indien de student binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.
    • Redactie 2 audiovisuele media is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

    tijd voor examinering
    uren
    6

    %
     
     05,91

    Tweede examenperiode
    • Schriftelijk examen: een nieuwsverslag van een teevee- of radiodebat voor Eén-teevee en/of Radio 1-nieuws
    • Redactie 2 audiovisuele media is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Frans 2
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00265
    Academiejaar: 2008-2009
    Type: kern
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 2
    Periode binnen het modeltraject: S:1
    Aantal studiepunten: 5
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 57
    Totaal studietijd: 130
    Deeltijds programma:
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Frans
    Lector(en): Sterk Martine


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Het Frans geeft steeds meer van zijn geheimen prijs. Je kijkt naar tv, luistert naar de radio, leest Le Monde. En daar blijft het niet bij. Je wordt een begenadigd spreker. Je begrijpt perfect Franse berichten. En je kan Franse artikels vlot samenvatten. Zo kan je in alle beroepssituaties probleemloos communiceren.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
      Beroepsspecifieke competenties
      • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
      • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
      • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

      SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
      • De student kan anderstalige bronnen uit geschreven en gesproken pers begrijpen en  analyseren.
      • De student kan anderstalig bronnen uit geschreven en gesproken pers mondeling en schriftelijk samenvatten met de hulp van bindwoorden. 
      •  De student kent vakgerichte woordenschat uit de teksten.
      • De student kan een interview afnemen van een Franstalige.
      • Hij neemt vlot deel aan een Franstalig gesprek en kan zijn mening formuleren.
      • Hij kan een eenvoudige mail opstellen.
      • Hij kan deelnemen aan een telefoongesprek.
      • Hij kent de grammatica en de basiswoordenschat (voc.2000)

       


      VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
      Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
      Frans 1
      Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
      Geen
      Andere begincompetenties
      Bereidheid tot zelfstandige lectuur en tot het zelfstandig beluisteren en bekijken van reportages.
      LEERINHOUDEN
      • Grammaire 2000: leerstof 1e jaar + la phrase interrogative/la construction passive/ le pronom relatif/ le subjontif (uitbreiding)/ les mots de liaison
      • Vocabulaire 2000: dossiers 1 - 36
      • Inhoud en woordenschat van vakgerelateerde artikels en sites (Le Vif - L'Express, La Libre Belgique, Le Nouvel Observateur, Le Soir, ...). Fragmenten uit de audiovisuele pers (Envoyé spécial, Questions à la une, Sept jours sur la planète...)
      • Het aanleggen van een dossier (persoonlijke research).
      • Het schrijven van een eenvoudige brief of mail.
      • Het telefoongesprek.

      STUDIEMATERIAAL
      • Syllabus:
      • Handboeken: grammaire 2000, vocabulaire 2000

      WERKVORMEN
      Soort werkvorm uren  

      %

      hoor- en werkcolleges:

      13

       lesuren

        09,29

      practicum en oefeningen:

      36

       lesuren

        25,71

      vormen van groepsleren:

      0

       lesuren

        00,00

      studietijd buiten contacturen:

      83

       klokuren

        59,29

      Verdere toelichting:
      • Hoor- en werkcolleges
      • Conversatie oefeningen
      • Extra oefeningen en remediëring via Blackboard
      • Extra luisteroefeningen via website TV5 "Sept jours sur la planète.

      EVALUATIE

      Eerste examenperiode
      • Deelexamens :  4 punten:   
        • Mondelinge en schriftelijke oefeningen:  
        • Voor de permanente evaluatie is aanwezigheid tijdens de contacturen vereist. Er worden regelmatig praktische oefeningen (zowel mondelig als schriftelijk) tijdens de lessen georganiseerd die worden geëvalueerd. De documentatie ter voorbereiding van de mondelinge oefeningen worden bij het persoonlijke dossier gevoegd.
      • Januari-examen: leerstof 1e semester: 4 punten
      • Juni-examen:
        • Schriftelijk: leerstof 1e en 2e semester: 8p
        • Mondeling  examen: 4 punten.

      Als je afwezig bent op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag je dat deelexamen inhalen indien je afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorg je aan het studentensecretariaat, de kopie aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. Je maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop je het deelexamen kan inhalen. Indien je binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt ben je ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen.


      tijd voor examinering
      uren
      8

      %
       
       05,71

      Tweede examenperiode
      • 12 punten schriftelijk examen: leerstof 1e en 2e semester
      • 8 punten mondeling examen (lecture imposée, dossier personnel, conversation téléphonique)

       

       

      2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Engels 2
        

      O.O. heeft componenten: Neen
      Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
      Code: 00266
      Academiejaar: 2008-2009
      Type: kern
      Niveau: uitdiepend
      Programmajaar: 2
      Periode binnen het modeltraject: S:1
      Aantal studiepunten: 5
      Wegingscoëfficient: 1
      Totaal aantal contacturen: 68
      Totaal studietijd: 130
      Deeltijds programma:
      Examencontract: niet mogelijk
      Deliberatie: mogelijk
      Vrijstelling of overdracht: mogelijk
      Onderwijstaal: Engels
      Lector(en): Goossens Erik


       

      KORTE OMSCHRIJVING
      Je verdiept je in de Amerikaanse en Britse media en cultuur. Door gerichte opdrachten verwerf je almaar meer inzicht in de grammatica en beroepsspecifieke Engelse woordenschat. Je oefent uitgebreid je mondelinge taalbeheersing. En je leert je in elke communicatieve situatie met zin voor nuance uit te drukken.

      COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
       Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

      Algemene competenties

      • JO102 De student kan creatief denken.
      • JO103 De student kan meertalig communiceren.
      • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
      • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
      Algemene beroepsgerichte competenties
      • JO206 De student kan teamgericht werken.
      • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
      Beroepsspecifieke competenties
      • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
      • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
      • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
      • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
      • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
      • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
      • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
      • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
      • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.

      SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
      • De student Journalistiek moet vreemde talen verwerven om later anderstalige bronnen te kunnen begrijpen, analyseren en verwerken. Naast het ontwikkelen van een algemene basis wordt veel aandacht geschonken aan mondelinge taalbeheersing. Zo kan de student een eenvoudige gesprek voeren, een nieuwsuitzending of radioprogramma presenteren, (anderstalige) gesprekspartners interviewen. Uitspraak en zinsintonatie spelen hier ook een belangrijke rol.
      • De student toont bereidheid tot communicatie en kan (eventuele) spreekangst doorbreken.
      • De student beheerst de 4 vaardigheden als samenhangend geheel: luistervaardigheid, leesvaardigheid, spreekvaardigheid en schrijfvaardigheid. De student kan een radio of TV-programma of een tekst/krantenartikel begrijpen, mondeling of schriftelijk samenvatten en becommentariëren.
      • De student kan strategieën ontwikkelen om (eventueel) een onvolledige kennis van de taal te compenseren.
      • De student kan nieuwe woordenschat assimileren en actief gebruiken in een nieuwe context.
      • De student kan een aantal grammaticale items zelfstandig verwerken.
      • De student legt een portfolio aan dat bestaat uit een aantal artikels over de Britse en Amerikaanse cultuur en samenleving. Hij kan over een vijftal thema's rapporteren en discussiëren. 

      VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
      Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
      • ENGELS 1

       


      Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
      Geen
      Andere begincompetenties

      Mondelinge taalvaardigheid: 'Intermediate' niveau: zich vrij vlot kunnen uitdrukken


      LEERINHOUDEN
      • Grip on Grammar + Practical English Usage: enkele grammaticale items die aan bod komen: modals - passive voice - causative 'have/get' - relatives - reported speech - gerund/infinitive - time clauses - + een aantal 'pitfalls' en 'collocations'
      • Media and Communication: theoretische en praktische oefeningen i.v.m. de gedrukte en audiovisuele pers: lees- en luistervaardigheid
      • American and British society in keywords: enkele thema's: Amerikaanse verkiezingen - het politieke landschap - bevolking - onderwijs - godsdienst - media en entertainment
      • Mondelinge bespreking van teksten/programma's uit de gedrukte en audiovisuele pers.
      • WebQuest: The Printed Press in Britain

      STUDIEMATERIAAL
      • Syllabus
      • Handboeken: Grip on Grammar - J. Dentant & G. Claeys - Wolters Plantyn
      • Practical English Usage - Swan - Oxford
      • DVD-/Videomateriaal en/of audiocassettes
      • Lesmateriaal en oefeningen via Blackboard en internet
      • WebQuest: The Printed Media

      WERKVORMEN
      Soort werkvorm uren  

      %

      hoor- en werkcolleges:

      26

       lesuren

        18,18

      practicum en oefeningen:

      26

       lesuren

        18,18

      vormen van groepsleren:

      10

       lesuren

        06,99

      studietijd buiten contacturen:

      75

       klokuren

        52,45

      Verdere toelichting:

      EVALUATIE

      Eerste examenperiode
      • 2 testen in de loop van het jaar: een gedetailleerde beschrijving van de leerstof per deelexamen staat in de syllabus.  
        • Test 1 : 25 % (januari)  
        • Test 2:  35 % (juni)
        • Permanente evaluatie/mondelinge oefeningen (40%).
          Aanwezigheid voor mondelinge oefeningen verplicht. 
        • Bij elk deelexamen wordt per zware fout een punt afgerokken van de score van het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld. Er bestaat een exhaustieve lijst van zware fouten.
        • Zich houden aan deadlines is een vereiste.
          Als je afwezig bent op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, mag je dat deelexamen inhalen indien je afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorg je aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag.
          Je maakt zelf een afspraak met de lector omtrent het tijdstip en de wijze waarop je het deelexamen kan inhalen. Indien je binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, ben je ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen..
          Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet.  Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in artikels 94 tot en met 97 van het OER.)

      tijd voor examinering
      uren
      6

      %
       
       04,20

      Tweede examenperiode

      Leerstof van het hele jaar:

      • schriftelijk examen: 60%
      • mondeling examen: 40%

       

       

      2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Vierde taal: Spaans 2
        

      O.O. heeft componenten: Neen
      Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
      Code: 00268
      Academiejaar: 2008-2009
      Type: keuze
      Niveau: uitdiepend
      Programmajaar: 2
      Periode binnen het modeltraject: S:1
      Aantal studiepunten: 3
      Wegingscoëfficient: 1
      Totaal aantal contacturen: 59
      Totaal studietijd: 78
      Deeltijds programma:
      Examencontract: niet mogelijk
      Deliberatie: mogelijk
      Vrijstelling of overdracht: mogelijk
      Onderwijstaal: Spaans
      Lector(en): Paenhuysen Kathleen


       

      KORTE OMSCHRIJVING
      Je beschikt over een definitief verworven grammaticale kennis. Je put vlot uit een uitgebreide algemene en professionele woordenschat. Daarmee moet je in elke communicatieve context kunnen spelen: mensen toespreken, brieven schrijven, telefoneren ... .

      COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
       Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

      Algemene competenties

      • JO103 De student kan meertalig communiceren.
      Algemene beroepsgerichte competenties
      • JO206 De student kan teamgericht werken.
      • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
      Beroepsspecifieke competenties
      • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
      • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

      SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
      • De student kan de grammatica en woordenschat gebruiken in mondelinge en schriftelijke situaties.
      • De student kan Spaanstalige bronnen raadplegen (gedrukte media en internet), informatie verzamelen en verwerken.
      • De student is zich bewust van de culturele diversiteit in Spaanstalige landen.

      VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
      Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
      • Spaans 1

      Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
      Geen
      Andere begincompetenties
      Internet en woordenboeken efficiënt kunnen gebruiken.
      LEERINHOUDEN
      • Grammatica en woordenschat Spaans 1
      • Nieuwe grammatica en woordenschat en oefeningen daarop
      • Oefeningen leesvaardigheid, schrijfvaardigheid en spreekoefeningen
      • Overzicht van de Spaanse media

      STUDIEMATERIAAL
      • AULA 2
      • cursus: oefeningen
      • powerpoint: overzicht van de Spaanse media

      WERKVORMEN
      Soort werkvorm uren  

      %

      hoor- en werkcolleges:

      28

       lesuren

        30,43

      practicum en oefeningen:

      26

       lesuren

        28,26

      vormen van groepsleren:

      0

       lesuren

        00,00

      studietijd buiten contacturen:

      33

       klokuren

        35,87

      Verdere toelichting:

      EVALUATIE

      Eerste examenperiode
      • schriftelijk examen januari: 5 pt.
      • schriftelijk examen juni: 5 pt.
      • mondeling examen  : 4 pt. 
      • portfolio: 6 pt.

      tijd voor examinering
      uren
      5

      %
       
       05,43

      Tweede examenperiode
      • schriftelijk examen: 16 pt.
      • mondeling examen:  : 4 pt.

       

       

      2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Vierde taal: Duits 2
        

      O.O. heeft componenten: Neen
      Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
      Code: 00267
      Academiejaar: 2008-2009
      Type: keuze
      Niveau: uitdiepend
      Programmajaar: 2
      Periode binnen het modeltraject: S:1
      Aantal studiepunten: 3
      Wegingscoëfficient: 1
      Totaal aantal contacturen: 28
      Totaal studietijd: 78
      Deeltijds programma:
      Examencontract: niet mogelijk
      Deliberatie: mogelijk
      Vrijstelling of overdracht: mogelijk
      Onderwijstaal: Duits
      Lector(en): Vanderhaeghen Wilfried


       

      KORTE OMSCHRIJVING
      Je beschikt over een definitief verworven grammaticale kennis. Je put vlot uit een uitgebreide algemene en professionele woordenschat. Daarmee moet je in elke communicatieve context kunnen spelen: mensen toespreken, brieven schrijven, mailen ... .

      COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
       Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

      Algemene competenties

      • JO103 De student kan meertalig communiceren.
      Algemene beroepsgerichte competenties
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
        • De student kan vlot de Duitse grammatica voor gevorderden en de beroepsgerichte Duitse woordenschat gebruiken in mondelinge en schriftelijke situaties.
        • De student kan zich mondeling vlot uitdrukken in het Duits.
        • De student kan zelfstandig schrijven in het Duits. 
        • De student kan via Duitstalige media een beeld van Duitsland en Duitse actualiteit krijgen.

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
        Duits1
        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
        geen
        Andere begincompetenties
        geen
        LEERINHOUDEN
        • Grammatica en woordenschat Duits 1
        • Grammatica en beroepsgerichte woordenschat Duits 2

        STUDIEMATERIAAL
        • Grammatica Duits 2
        • Beroepsgerichte woordenschat Duits 2
        • Schriftelijke oefeningen
        • Extra internet-oefeningen op grammatica en woordenschat

        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        6

         lesuren

          07,35

        practicum en oefeningen:

        18

         lesuren

          22,06

        vormen van groepsleren:

        0

         lesuren

          00,00

        studietijd buiten contacturen:

        53.6

         klokuren

          65,69

        Verdere toelichting:
        geen

        EVALUATIE

        Eerste examenperiode
        • 5 x 5% (= 25%) schriftelijk deelexamen tijdens het academiejaar. Als de student afwezig is op een deelexamen buiten de examenreeks, dan mag hij dat deelexamen inhalen indien de afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. De student maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij het deelexamen kan inhalen. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijgt hij geen punten op dat deelexamen.
        • 20% schriftelijk januari-examen
        • 25% schriftelijk juni-examen
        • 30% mondeling juni-examen

        tijd voor examinering
        uren
        4

        %
         
         04,90

        Tweede examenperiode
        • 70% schriftelijk examen
        • 30% mondeling examen

         

         

        2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Instellingen
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 00078
        Academiejaar: 2008-2009
        Type: kern
        Niveau: uitdiepend
        Programmajaar: 2
        Periode binnen het modeltraject: S:1
        Aantal studiepunten: 3
        Wegingscoëfficient: 1
        Totaal aantal contacturen: 38
        Totaal studietijd: 78
        Deeltijds programma:
        Examencontract: mogelijk
        Deliberatie: mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): Peeters Edgard


         

        KORTE OMSCHRIJVING
        Ons dagelijks bestaan wordt meer en meer bepaald door structuren en instellingen. In dit opleidingsonderdeel leer je dit ingewikkelde web te ontcijferen. Op het eind van het semester ben je in staat elk krantenartikel hierover te begrijpen.

        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • JO101 De student kan strategisch redeneren.
        • JO102 De student kan creatief denken.
        • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
        • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
        De student kan het belang en de eigenheid van de behandelde instellingen en structuren weergeven, en er zich een gefundeerde mening over vormen.

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
        Recht en historische inzichten.
        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
        Geen.
        Andere begincompetenties

        Interesse in de actualiteit.

        Interesse in het lezen van kranten.


        LEERINHOUDEN
        Overzicht van de belangrijkste Belgische, Europese en Wereldinstellingen op politiek, sociaal en economisch gebied.
        STUDIEMATERIAAL
        Plantijn-syllabus
        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        36

         lesuren

          38,46

        practicum en oefeningen:

        0

         lesuren

          00,00

        vormen van groepsleren:

        0

         lesuren

          00,00

        studietijd buiten contacturen:

        55.6

         klokuren

          59,40

        Verdere toelichting:

        EVALUATIE

        Eerste examenperiode
        Mondelinge evaluatie: het examen omvat vragen, waarin zowel naar kennis als naar inzicht wordt gepeild.
        tijd voor examinering
        uren
        2

        %
         
         02,14

        Tweede examenperiode
        Mondelinge evaluatie: het examen omvat vragen, waarin zowel naar kennis als naar inzicht wordt gepeild.

         

         

        2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Economische inzichten
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 00079
        Academiejaar: 2008-2009
        Type: kern
        Niveau: uitdiepend
        Programmajaar: 2
        Periode binnen het modeltraject: S:1
        Aantal studiepunten: 3
        Wegingscoëfficient: 1
        Totaal aantal contacturen: 65
        Totaal studietijd: 78
        Deeltijds programma:
        Examencontract: mogelijk
        Deliberatie: mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): Onsia Hélène


         

        KORTE OMSCHRIJVING

        Met een lexicon van economische, financiële en bedrijfseconomische termen begrijp en interpreteer je actuele economische problemen.

         


        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

          Algemene beroepsgerichte competenties
            Beroepsspecifieke competenties
            • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
            • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
            • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
            • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.

            SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
          • De student beheerst economische, financiële en bedrijfseconomische termen om alzo het economisch katern van de krant te verstaan en te interpreteren.
          • Het verwerven van parate kennis ter zake.

          • VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
            Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
            • Macro-economie.

            Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
            Geen.
            Andere begincompetenties
            Geen.
            LEERINHOUDEN
            • "Lexicon " van termen dat vertrekt van concrete actuele voorbeelden waarin:
              • begrippen vanuit ondernemingsoogpunt;
              • algemeen economische begrippen;
              • financiële en fiscale aspecten;
              • het verschijnsel globalisering.

            STUDIEMATERIAAL
            persartikels
            WERKVORMEN
            Soort werkvorm uren  

            %

            hoor- en werkcolleges:

            49

             lesuren

              52,35

            practicum en oefeningen:

            14

             lesuren

              14,96

            vormen van groepsleren:

            0

             lesuren

              00,00

            studietijd buiten contacturen:

            28.6

             klokuren

              30,56

            Verdere toelichting:

            EVALUATIE

            Eerste examenperiode
            • Schriftelijk eindexamen: 20 punten .
            • Inzichtsvragen en kennisvragen.

            tijd voor examinering
            uren
            2

            %
             
             02,14

            Tweede examenperiode
            • Schriftelijk examen: 20 punten .
            • Inzichtsvragen en kennisvragen.

             

             

            2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Politieke en culturele actualiteit
              

            O.O. heeft componenten: Ja
            O.O. bestaat uit componenten Culturele actualiteit
            Politieke actualiteit
            Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
            Code: 2PV68
            Academiejaar: 2008-2009
            Programmajaar: 2
            Periode binnen het modeltraject: S:1
            Aantal studiepunten: 4
            Wegingscoëfficient: 2
            Totaal aantal contacturen: 30
            Totaal studietijd: 104
            Examencontract: mogelijk
            Deliberatie: mogelijk
            Vrijstelling of overdracht: mogelijk
            Lector(en): Rombouts Veerle
            Van Doninck Jo


             


            COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
             Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

            Algemene competenties

              Algemene beroepsgerichte competenties
                Beroepsspecifieke competenties

                  SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                  VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                  Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                  Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                  Andere begincompetenties

                   

                   

                  2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Politieke actualiteit
                    

                  Component behoort tot O.O.: Politieke en culturele actualiteit
                  Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                  Code: 00080
                  Academiejaar: 2008-2009
                  Type: kernondersteunend
                  Niveau: uitdiepend
                  Programmajaar: 2
                  Periode binnen het modeltraject: S:1
                  Aantal studiepunten: nvt
                  Wegingscoëfficient: 50
                  Totaal aantal contacturen: 27
                  Totaal studietijd: 52
                  Deeltijds programma:
                  Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                  Onderwijstaal: Nederlands
                  Lector(en): Rombouts Veerle


                   

                  KORTE OMSCHRIJVING

                  Je volgt de nationale en internationale politieke actualiteit en kan gebeurtenissen in hun context plaatsen .

                  Dit doe je door de colleges te volgen en relevante informatie in de binne-en buitenladse pers te zoeken.


                  COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                   Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                  Algemene competenties

                  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                  Algemene beroepsgerichte competenties
                    Beroepsspecifieke competenties
                    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
                    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
                    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

                    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                    • de studenten leren argumenteren en discussieren.
                    • de studenten kunnen een invalshoek kiezen en  de onderwerpen  duiden. 

                    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
                    • credit voor de cursus" Geschiedenis van de 20e eeuw" 

                    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                    Andere begincompetenties
                    basiskennis van en interesse voor nationale en internationale (politieke)actualiteit
                    LEERINHOUDEN

                    Hoorcolleges over internationale actuele conflicten.

                    Samenstellen van een dossier met relevante artikels uit de binnelandse en buitenlandse pers.

                    Volgen van de dagelijkse buitenlandse actualiteit.


                    STUDIEMATERIAAL
                    • syllabus
                    • eigen dossier

                     


                    WERKVORMEN
                    Soort werkvorm uren  

                    %

                    hoor- en werkcolleges:

                    26

                     lesuren

                      51,18

                    practicum en oefeningen:

                    0

                     lesuren

                      00,00

                    vormen van groepsleren:

                     lesuren

                      00,00

                    studietijd buiten contacturen:

                    23.8

                     klokuren

                      46,85

                    Verdere toelichting:

                    EVALUATIE

                    Eerste examenperiode
                    • mondeling examen ( leerstof /dossiers /de actualiteit ) 20 punten 
                    • Politieke actualiteit is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                    tijd voor examinering
                    uren
                    1

                    %
                     
                     01,97

                    Tweede examenperiode
                    • mondeling examen over de leerstof/ / dossier/ actualiteit  ( 20 )
                    • Politieke actualiteit is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.

                     

                     

                    2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Culturele actualiteit
                      

                    Component behoort tot O.O.: Politieke en culturele actualiteit
                    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                    Code: 00081
                    Academiejaar: 2008-2009
                    Type: kern
                    Niveau: uitdiepend
                    Programmajaar: 2
                    Periode binnen het modeltraject: S:1
                    Aantal studiepunten: nvt
                    Wegingscoëfficient: 50
                    Totaal aantal contacturen: 3
                    Totaal studietijd: 52
                    Deeltijds programma:
                    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                    Onderwijstaal: Nederlands
                    Lector(en): Van Doninck Jo


                     

                    KORTE OMSCHRIJVING
                    Als toekomstig journalist-redacteur kan je hedendaagse cultuurproducten analyseren en hun betekenis schetsen.

                    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                    Algemene competenties

                    • JO102 De student kan creatief denken.
                    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                    Algemene beroepsgerichte competenties
                    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                    Beroepsspecifieke competenties
                    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
                    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.

                    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                     

                    • De student kan een aantal opgegeven cultuurproducten analyseren met expliciete verwijzing naar en gebruik van het readermateriaal  en de DVD "Culturele Actualiteit"
                    • De student kan zelf verbanden kunnen leggen tussen de opgegeven cultuurproducten en de verklarende teksten uit de reader en de DVD "Culturele Actualiteit"
                    • De student kan de makers van deze cultuurproducten in beperkte mate in een cultuurhistorisch perspectief plaatsen
                    • De student kan de cultuurproducten duiden als uitdrukkingen van een  tijdsgeest met behulp van de verplichte lectuur
                    • De student kan alle cultuurproducten duiden als uitdrukkingen van een  tijdsgeest met behulp van andere bronnen
                    • De student kan de dagelijkse culturele actualiteit volgen zodat hij verbanden  legt tussen deze actualiteit en bredere tendenzen die behandeld worden

                     


                    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
                    Geschiedenis van de 20e eeuw
                    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                    Geen
                    Andere begincompetenties

                    Geen


                    LEERINHOUDEN
                    • Kennismaking met en duiding van enkele opgegeven culturele producten: verschillende films, één tentoonstelling en toneelopvoering en enkele kunstwerken uit de beeldende kunst 
                    • kortverhaal van Franz Kafka: "De gedaanteverwisseling" 
                    • Reader: kopies uit cultuurhistorisch boek + tekst " Cultuurthema's uit de 20ste en 21ste eeuw
                    • DVD: Culturele Actualiteit: met documentaires over cultureel-maatschappelijke items

                    STUDIEMATERIAAL
                    • Zelf te zoeken  journalistieke artikels in algemene en gespecialiseerde pers
                    • llustratiemateriaal dat studenten over de cultuurproducten kunnen vinden
                    • Verplichte lectuur: zie reader en  D. DOUWES. De islam in een notendop. Uitgeverij Bert bakker, Amsterdam, 2005.
                    • Reader met gekopieerd leesmateriaal en een referentieklader met cultuurtermen (uit P; CONRAD: De Metamorfose van de wereld, Anthos, 1998.)
                    • Aanbevolen lectuur: RUHRBERG, SCHNECKENBUIRGER, FRICKE en HONNEF. Kunst van de 20e eeuw. Taschen, Köln, 2001.(of latere edities)
                    • DVD "Culturele Actualiteit"

                    WERKVORMEN
                    Soort werkvorm uren  

                    %

                    hoor- en werkcolleges:

                    2

                     lesuren

                      03,21

                    practicum en oefeningen:

                    0

                     lesuren

                      00,00

                    vormen van groepsleren:

                    0

                     lesuren

                      00,00

                    studietijd buiten contacturen:

                    59.4

                     klokuren

                      95,19

                    Verdere toelichting:
                    Geen

                    EVALUATIE

                    Eerste examenperiode

                     

                    • Mondeling examen per twee studenten (ongeveer 20min) over opgegeven stof en taken
                    • Studenten die niet aanwezig zijn op het afgesproken examen , moeten een medisch attest voorleggen: het origineel aan het secretariaat, een kopie aan de lector, en dat binnnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag.  De student maakt een afspraak met de lector over het tijdstip en de werkwijze waarop het examen kan worden ingehaald.I ndien je binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, ben je ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen
                    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.

                    Culturele actualiteit is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                    tijd voor examinering
                    uren
                    1

                    %
                     
                     01,60

                    Tweede examenperiode
                  • Mondeling examen per twee (als het kan, anders alleen natuurlijk)
                  • Culturele actualiteit is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden..
                  •  

                     

                    2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Communicatie
                      

                    O.O. heeft componenten: Ja
                    O.O. bestaat uit componenten Communicatiesociologie
                    Communicatiepsychologie
                    Communicatieonderzoek
                    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                    Code: 2PV45
                    Academiejaar: 2008-2009
                    Programmajaar: 2
                    Periode binnen het modeltraject: S:1
                    Aantal studiepunten: 6
                    Wegingscoëfficient: 3
                    Totaal aantal contacturen: 78
                    Totaal studietijd: 156
                    Examencontract: mogelijk
                    Deliberatie: mogelijk
                    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                    Lector(en): Van Assche Veerle


                     


                    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                    Algemene competenties

                      Algemene beroepsgerichte competenties
                        Beroepsspecifieke competenties

                          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                          Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                          Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                          Andere begincompetenties

                           

                           

                          2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Communicatiepsychologie
                            

                          Component behoort tot O.O.: Communicatie
                          Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                          Code: 2PV17
                          Academiejaar: 2008-2009
                          Type: kern
                          Niveau: uitdiepend
                          Programmajaar: 2
                          Periode binnen het modeltraject: S:1
                          Aantal studiepunten: nvt
                          Wegingscoëfficient: 33
                          Totaal aantal contacturen: 26
                          Totaal studietijd: 51,48
                          Deeltijds programma:
                          Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                          Onderwijstaal: Nederlands
                          Lector(en):


                           

                          KORTE OMSCHRIJVING
                          Waarom spreekt een Italiaan met zijn handen? Waarom komen sommige mensen altijd, en andere nooit aan het woord? Hoe dicht mag je een gesprekspartner benaderen tijdens een interview? Je leert hoe je de psychologische theorie altijd weer moet toepassen op communicatieve en journalistieke processen.

                          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                          Algemene competenties

                          • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                          Algemene beroepsgerichte competenties
                          • JO206 De student kan teamgericht werken.
                          • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                          • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                          Beroepsspecifieke competenties
                          • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                          • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.

                          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                          • Objectieve kenmerken en eigenschappen van groepen kunnen herkennen en benoemen
                          • Functioneel en disfunctioneel gedrag in de groep herkennen en hier gepast op kunnen reageren
                          • Problemen bij het nemen van beslissingen herkennen en strategieën kunnen aanwenden om het beslissen gemakkelijker te maken
                          • Relaties binnen een groep in kaart kunnen brengen
                          • De verschillende stadia binnen de groepsontwikkeling kunnen herkennen en gepast kunnen omgaan met de prototypische problemen die in deze fasen optreden
                          • De gepaste conflicthanteringsmethode kunnen aanwenden
                          • Kunnen formuleren van opbouwende feedback en kritiek
                          • Gedrag kunnen verklaren en voorspellen vanuit de territoriale bezitsdrang van de mens
                          • Strategieën herkennen en kunnen toepassen waarmee invloed op anderen kan worden uitgeoefend
                          •  Non-verbale signalen herkennen en gepast kunnen gebruiken.
                          • Overtuigend overkomen
                          • De eigen rol binnen de groep en de eigen invloed op het groepsfunctioneren kunnen herkennen en inschatten
                          • De effecten van de media op het dagelijkse functioneren kunnen inschatten

                          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                          Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
                          Psychologie en communicatieleer
                          Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                          Geen


                          Andere begincompetenties
                          Geen
                          LEERINHOUDEN
                          • Wat is communicatie en waarom communiceren mensen?
                          • Waarom maken mensen deel uit van groepen en welke soorten groepen kunnen worden onderscheiden? Welke rollen kan men binnen een groep vervullen? Hoe worden beslissingen in groepen genomen?
                          • Welke fasen worden doorlopen in de ontwikkeling tot een productieve groep?
                          • Hoe kan communicatie binnen een groep geobserveerd, beschreven en weergegeven worden?
                          • Welke bijdrage levert de communicatietheorie en het systeemdenken bij het doorgronden van de interpersoonlijke communicatie?
                          • Hoe wordt opbouwende feedback en kritiek gegeven?
                          • Wat zijn de 5 communicatieaxioma's van Watzlawick?
                          • Wat is territoriaal gedrag?
                          • Wat is mediapsychologie en hoe belicht zij de volgende processen: selectie, interactie, onthouden, interpreteren, waarderen en attitudeverandering
                          • Hoe communiceren wij met ons lichaam?
                          • Functies van non-verbale communicatie
                          • De betekenis van: gebaren, bewegingen, houding, stem, afstand en oriëntatie
                          • Actief luisteren en overtuigend presenteren

                          STUDIEMATERIAAL
                          • Syllabus: Communicatiepsychologie
                          • Notities tijdens de les

                          WERKVORMEN
                          Soort werkvorm uren  

                          %

                          hoor- en werkcolleges:

                          20

                           lesuren

                            40,00

                          practicum en oefeningen:

                          0

                           lesuren

                            00,00

                          vormen van groepsleren:

                          4

                           lesuren

                            08,00

                          studietijd buiten contacturen:

                          24

                           klokuren

                            48,00

                          Verdere toelichting:
                          Buiten de uren hoorcollege wordt er gedurende enkele weken tijd genomen om in groepjes het groepsproces en de samenwerking te bespreken aan de hand van een peer-assessment.

                          EVALUATIE

                          Eerste examenperiode
                          • Schriftelijk examen (casus en toepassingsvragen) 90%
                          • Taak peer-assessment 5%
                          • Taak non-verbaal gedrag 5%

                          Voor taken/werkstukken die gelden als deelexamens met duidelijke deadlines geldt daarom volgende regel: voor een taak/werkstuk dat niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.

                          Communicatiepsychologie is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden..


                          tijd voor examinering
                          uren
                          2

                          %
                           
                           04,00

                          Tweede examenperiode

                          Schriftelijk examen over de cursus (casus en toepassingsvragen)  100%

                          Communicatiepsychologie is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.

                           

                           

                          2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Communicatiesociologie
                            

                          Component behoort tot O.O.: Communicatie
                          Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                          Code: 2PV16
                          Academiejaar: 2008-2009
                          Type: kern
                          Niveau: uitdiepend
                          Programmajaar: 2
                          Periode binnen het modeltraject: S:1
                          Aantal studiepunten: nvt
                          Wegingscoëfficient: 33
                          Totaal aantal contacturen: 26
                          Totaal studietijd: 51,48
                          Deeltijds programma:
                          Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                          Onderwijstaal: Nederlands
                          Lector(en): Van Assche Veerle


                           

                          KORTE OMSCHRIJVING

                          Welke macht krijg je later als journalist? Zal jij altijd de ongenuanceerde waarheid schrijven? Waarom? Zal je de meest emotionele beelden brengen, of net niet? Communicatiesociologie bestudeert de rol van de massamedia in de samenleving. Ze staat stil bij de effecten die ze teweegbrengen.


                          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                          Algemene competenties

                          • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                          • JO102 De student kan creatief denken.
                          Algemene beroepsgerichte competenties
                          • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                          Beroepsspecifieke competenties
                          • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                          • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                          • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.

                          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                          • De student bezit  inzicht in en kennis over de werking van de massamedia en hun impact op mens en samenleving
                          • De student weet de (relatieve) macht van massamedia in te schatten
                          • De student is vertrouwd met de belangrijkste communicatiewetenschappelijke theorieën

                          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                          Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                          'Sociologie' en 'Communicatieleer'


                          Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                          Geen


                          Andere begincompetenties
                          Geen
                          LEERINHOUDEN

                          Studenten verwerven een inzicht in de theorieën die de productie, de consumptie en de werking van de massamedia plaatsen en verklaren.  Volgende onderzoeksvelden worden belicht:
                          • Onderzoek met focus op de massacommunicator (gatekeepingstudies, het concept mediahype, de invloed van de maatschappelijke context op de massacommunicator, ....)
                          • Onderzoek met focus op massacommunicatieve boodschappen (de bestudering van mediagenres, inhoudsanalyse van mediaboodschappen, ....)
                          • Het onderzoek naar mediapublieken
                          • Media-effecten (de macht van de media, media en geweld, media en nieuwseffecten, ...)
                          • Massamedia in het informatietijdperk

                          STUDIEMATERIAAL
                        • Syllabus in telegramstijl
                        • Lesnota's 
                        • Tijdens de hoorcolleges worden extra documenten en teksten uitgedeeld
                        • De inhoud van de hoorcolleges wordt ondersteund met audio-visueel materiaal 

                        • WERKVORMEN
                          Soort werkvorm uren  

                          %

                          hoor- en werkcolleges:

                          24

                           lesuren

                            37,27

                          practicum en oefeningen:

                          0

                           lesuren

                            00,00

                          vormen van groepsleren:

                          0

                           lesuren

                            00,00

                          studietijd buiten contacturen:

                          38.4

                           klokuren

                            59,63

                          Verdere toelichting:

                          EVALUATIE

                          Eerste examenperiode

                          Schriftelijke examen. Zowel kennis van als inzicht in de leerstof worden getoetst. De examenvragen kunnen komen uit de hoorcolleges, de syllabus, en uit het extra aangeleverd materiaal tijdens de hoorcolleges.

                          Communicatiesociologie is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                          tijd voor examinering
                          uren
                          2

                          %
                           
                           03,11

                          Tweede examenperiode

                          Schriftelijk examen. Examenstof blijft dezelfde

                          Communicatiesociologie is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.

                           

                           

                          2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Communicatieonderzoek
                            

                          Component behoort tot O.O.: Communicatie
                          Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                          Code: 2PV60
                          Academiejaar: 2008-2009
                          Type: kern
                          Niveau: uitdiepend
                          Programmajaar: 2
                          Periode binnen het modeltraject: S:1
                          Aantal studiepunten: nvt
                          Wegingscoëfficient: 34
                          Totaal aantal contacturen: 26
                          Totaal studietijd: 53,04
                          Deeltijds programma:
                          Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                          Onderwijstaal: Nederlands
                          Lector(en): Van Assche Veerle


                           

                          KORTE OMSCHRIJVING

                          Welk beeld hebben de Vlaamse kranten van de jeugd? Verschilt de berichtgeving op de VRT van die op VTM? Deze en andere vragen zijn het uitgangspunt van communicatieonderzoek. Je leert kritisch omgaan met enquêteresultaten en onderzoeksmethodes. Je leert ze op hun waarde te beoordelen


                          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                          Algemene competenties

                          • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                          • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                          Algemene beroepsgerichte competenties
                          • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                          Beroepsspecifieke competenties
                          • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                          • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                          • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.

                          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                          • De student is vertrouwd met de basisbegrippen van het wetenschappelijk onderzoek (populatie, steekproefkader, representativiteit, ..)
                          • De student is vertrouwd met de elementaire methoden en technieken van zowel kwantitatief en kwalitatief onderzoek
                          • De student kan de wetenschappelijke waarde van een onderzoek inschatten. Hij weet aan welke beoordelingscriteria de uitkomsten van een onderzoek moeten worden getoetst
                          • De student kan de resultaten van een onderzoek op een juiste manier interpreteren
                          • De student kan helder en exact rapporteren over een wetenschappelijk onderzoek 

                          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                          Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                          'Cijfers’ én ‘Communicatieleer’


                          Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                          Geen
                          Andere begincompetenties
                          Geen
                          LEERINHOUDEN
                          • een overzicht van de belangrijkste onderzoekstechnieken die door communicatieonderzoekers worden gebruikt
                          • een overzicht van de verschillende stappen in een onderzoeksproces
                          • een grondige bestudering van de techniek van de enquête
                          • inhoudsanalyse: een korte introductie 
                          • kijk-en luisteronderzoek  

                          STUDIEMATERIAAL
                          • Syllabus
                          • Handouts van powerpointpresentatie

                           


                          WERKVORMEN
                          Soort werkvorm uren  

                          %

                          hoor- en werkcolleges:

                          16

                           lesuren

                            28,57

                          practicum en oefeningen:

                          8

                           lesuren

                            14,29

                          vormen van groepsleren:

                          0

                           lesuren

                            00,00

                          studietijd buiten contacturen:

                          30

                           klokuren

                            53,57

                          Verdere toelichting:

                          EVALUATIE

                          Eerste examenperiode
                        • De evaluatie gebeurt op basis van twee elementen
                        • schriftelijk examen ( 9 punten staan op theorie, 9 punten staan op oefeningen)
                        • mini-portfolio (2 punten)
                          Let we: de student moet minstens de helft behalen op het schriftelijk examen om geslaagd te zijn in zijn totaliteit.

                          Communicatieonderzoek is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                        • tijd voor examinering
                          uren
                          2

                          %
                           
                           03,57

                          Tweede examenperiode
                        • Schriftelijk examen op 18 punten waarbij de helft van de punten staat op theorie, de andere helft op oefeningen) 
                        • Portfolio-opdracht op 2 punten. Wie in de eerste examenperiode een onvoldoende haalt voor de portfolio-opdracht moet de opdracht herdoen. Bij studenten die een voldoende haalden voor de portfolio-opdracht worden de punten overgedragen naar de tweede examenperiode.

                          Communicatieonderzoek is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden..

                        •  

                           

                          2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Massamedia
                            

                          O.O. heeft componenten: Ja
                          O.O. bestaat uit componenten Gedrukte media
                          Audiovisuele media
                          Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                          Code: 2PV13
                          Academiejaar: 2008-2009
                          Programmajaar: 2
                          Periode binnen het modeltraject: S:1
                          Aantal studiepunten: 4
                          Wegingscoëfficient: 2
                          Totaal aantal contacturen: 269
                          Totaal studietijd: 104
                          Examencontract: mogelijk
                          Deliberatie: mogelijk
                          Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                          Lector(en): Herroelen Patrick
                          Leemans Hilde


                           


                          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                          Algemene competenties

                          • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                          • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                          Algemene beroepsgerichte competenties
                          • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                          • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                          Beroepsspecifieke competenties
                          • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                          • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                          • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                          • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
                          • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

                          SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                          De student kan een overzicht geven van het Belgisch medialandschap


                          VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                          Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
                          Medialeer (1e jaar)
                          Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                          Geen


                          Andere begincompetenties
                          Belangstelling hebben voor de media-actualiteit

                           

                           

                          2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Gedrukte media
                            

                          Component behoort tot O.O.: Massamedia
                          Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                          Code: 2PV61
                          Academiejaar: 2008-2009
                          Type: kern
                          Niveau: uitdiepend
                          Programmajaar: 2
                          Periode binnen het modeltraject: S:1
                          Aantal studiepunten: nvt
                          Wegingscoëfficient: 50
                          Totaal aantal contacturen: 239
                          Totaal studietijd: 52
                          Deeltijds programma:
                          Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                          Onderwijstaal: Nederlands
                          Lector(en): Leemans Hilde


                           

                          KORTE OMSCHRIJVING
                          In dit vak richt je je aandacht op de geschreven media. Je pluist uit welk bedrijf er schuilgaat achter kranten, weekbladen en magazines. Je vraagt je af welke (maatschappelijke) trends er zijn in die sectoren en welk beleid de overheid terzake voert.

                          COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                           Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                          Algemene competenties

                            Algemene beroepsgerichte competenties
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                              • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                              De studenten kan een overzicht geven van de huidige stand van zaken in de media .

                              De student kan de nieuwe evoluties kritisch beoordelen en kan ze in een algemene context plaatsen.


                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                              Medialeer 1jou .


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                              Geen


                              Andere begincompetenties
                              Interesse voor media-actualiteit
                              LEERINHOUDEN
                              • Bespreking van de belangrijkste spelers in de Belgische media
                              • Problematiek van de mediaconcentratie wordt onder de loep genomen met verwijzijngen naar het buitenland
                              • Relatie overheid –geschreven pers komt ook aan bod .

                              STUDIEMATERIAAL
                              Plantijn syllabus .
                                    Kranten , tijdschriften , reportages .

                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              24

                               lesuren

                                52,00

                              practicum en oefeningen:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              vormen van groepsleren:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              studietijd buiten contacturen:

                              20

                               klokuren

                                43,34

                              Verdere toelichting:

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode
                              • Schriftelijk examen met nadruk op inzichtsvragen en minder op kennisvragen 15 p .
                              • Groepswerk media-actualiteit  en voorstelling internationale mediaconcerns 5 p .
                              •  Als je afwezig bent op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks , dan mag je dat deelexamen inhalen indien je afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest . Het originele attest bezorg je aan het studentensecretariaat , de kopie ervan aan de betrokken lector , en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag . Je maakt zelf een afspraak met de lector omtrent het tijdstip en de wijze waarop je het deelexamen kan inhalen.

                              Gedrukte media is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                              tijd voor examinering
                              uren
                              2.15

                              %
                               
                               04,66

                              Tweede examenperiode

                              Schriftelijk examen 20 p.

                              Gedrukte media is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Audiovisuele media
                                

                              Component behoort tot O.O.: Massamedia
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV62
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: uitdiepend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: nvt
                              Wegingscoëfficient: 50
                              Totaal aantal contacturen: 30
                              Totaal studietijd: 52
                              Deeltijds programma:
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Herroelen Patrick


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING

                              In deze component ga je de structuren achter radio en televisie ontdekken. Je bestudeert lokale en landelijke radio, regionale en landelijke televisie, digitale televisie, de openbare omroep. Gestart wordt er met de overheid, de actoren en het beleid en nadien worden alle spelers in het medialandschap besproken


                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                              • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                              • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                              • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                              • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
                              • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
                              • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
                              • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                              • De actoren in het Vlaamse radio en televisielandschap zijn gekend
                              • Radio en televisie als communicatiekanalen kunnen kaderen in het medialandschap in de ruime zin

                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                              Medialeer / Medialandschap eerste jaar


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

                              Andere begincompetenties
                            • belangstelling voor massamedia en media-actualiteit

                            • LEERINHOUDEN
                              • Organisatie, werking en beleid van radio en televisie in Vlaanderen (België) staan centraal. 
                              • Een beperkte historische schetst de voornaamste evolutielijnen inzake radio en televisie. 
                              • Het medialandschap wordt geschetst vanuit de variatie aan radio en televisie zoals die zich voor de studenten thans aandient. Volgende domeinen worden behandeld:
                                • de evolutie van productie naar distributie
                                • de bevoegdheid radio en televisie 
                                • de overheid: ministers en bevoegdheden, advies en toezichtsorganen 
                              • Een variatie aan radio en televisie
                                • landelijke radio en televisie
                                • regionale radio en televisie
                                • lokale radio

                                 

                              STUDIEMATERIAAL

                              Cursustekst
                              Media-Actualiteit


                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              24

                               lesuren

                                38,46

                              practicum en oefeningen:

                              4

                               lesuren

                                06,41

                              vormen van groepsleren:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              studietijd buiten contacturen:

                              32.4

                               klokuren

                                51,92

                              Verdere toelichting:
                              hoorcolleges zijn gericht op kennisoverdracht - interactiviteit wordt aangemoedigd

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode

                              Examen. Schriftelijk. 20 meerkeuzevragen - 20 ptn.
                              Foute én blanco antwoorden worden gesanctioneerd (-1/3 punt)

                              Audiovisuele media is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


                              tijd voor examinering
                              uren
                              2

                              %
                               
                               03,21

                              Tweede examenperiode

                              Examen. Schriftelijk. 20 meerkeuzevragen - 20 ptn.
                              Foute én blanco antwoorden worden gesanctioneerd (-1/3 punt)

                              Audiovisuele media is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Research
                                

                              O.O. heeft componenten: Neen
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV48
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: uitdiepend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: 3
                              Wegingscoëfficient: 1
                              Totaal aantal contacturen: 36
                              Totaal studietijd: 78
                              Deeltijds programma:
                              Examencontract: niet mogelijk
                              Deliberatie: mogelijk
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Elsen Greet
                              Marain Frederik


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING

                              In dit vak leer je waar een journalist “de mosterd haalt”. We onderzoeken waar en hoe je informatie kan zoeken, wat je moet doen om niet te verdrinken in het overaanbod van informatie, welke verschillende soorten bronnen interessant zijn voor een journalist, hoe je het
                              internet kan gebruiken bij je research. Al die aspecten worden voortdurend getraind in praktijkoefeningen.

                               


                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                              • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                              1. De student kan nieuws zien en vinden  ( spontane research).
                              2. De student kan nieuws vinden voor een specifiek regionaal medium.
                              3. De student kan zoeken naar personen voor een interview.
                              4. De student kan relevante informatie vinden via de diverse informatiekanalen.
                              5. De student kan een interview grondig voorbereiden.
                              6. Digitale research: - het internet kritisch kunnen gebruiken voor het uitvoeren van informatieopdrachten     - een praktisch bruikbaar researchdossier kunnen opstellen.


                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                               

                              • Bronnen en research .

                               


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                              Geen.
                              Andere begincompetenties
                              1. Algemene kennis van het medialandschap.
                              2. Basiskennis internet.

                              LEERINHOUDEN

                               

                              • Het journalistiek proces.
                              • Nieuwsgaring.
                              • Soorten bronnen.
                              • Selecteren van informatie.

                               

                              • Google:
                                  • werking van search engines
                                  • andere search engines dan Google
                                  • geavanceerd zoeken
                                  • Google News
                                  • Google Desktop
                                  • Google Map
                              • Persagentschappen:
                                  • raadplegen van Belga en andere persagentschappen via internet
                              • Goede journalistieke research sites

                               


                              STUDIEMATERIAAL

                               aangeleverde teksten


                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              15

                               lesuren

                                17,86

                              practicum en oefeningen:

                              21

                               lesuren

                                25,00

                              vormen van groepsleren:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              studietijd buiten contacturen:

                              48

                               klokuren

                                57,14

                              Verdere toelichting:
                              • Hoorcollege.
                              • Gastcollege.
                              • Practicum.
                              • Computerpracticum met instructie (digitale research).
                              • Concrete toepassingen van dit opleidingsonderdeel maken deel uit van de workshops Gedrukte Media en AV.

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode
                              • Researchbundel opstellen: 10 punten. 
                              • Digitale research:  oefeningen en actieve participatie : 10 punten.

                              tijd voor examinering
                              uren
                              0

                              %
                               
                               00,00

                              Tweede examenperiode
                              • Researchbundel opstellen: 10 punten.
                              • Digitale research: researchdossier.: 10 punten.
                              • Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Journalistieke technieken
                                

                              O.O. heeft componenten: Neen
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV49
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: uitdiepend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: 3
                              Wegingscoëfficient: 1
                              Totaal aantal contacturen: 36
                              Totaal studietijd: 78
                              Deeltijds programma:
                              Examencontract: niet mogelijk
                              Deliberatie: mogelijk
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Van Doninck Jo
                              Vissers Nadia


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING
                              Aan de hand van oefeningen en praktische toepassingen leer je de basistechnieken van de journalistiek. Je traint het hele jaar door verschillende interviewvormen. Je mag daarvoor rekenen op intensieve, individuele begeleiding en feedback. Tijdens gastcolleges lichten vakspecialisten belangrijke aspecten van de journalistieke praktijk toe.

                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO102 De student kan creatief denken.
                              • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
                              • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                              • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                              • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                              • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
                              • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
                              • De studenten beheersen grondig de interviewtechnieken van het informatieve en human interest interview (van voorbereiding tot eindproduct).
                              • De studenten kunnen informatie selecteren en verwerken vanuit een journalistieke functie.
                              • De studenten kunnen invalshoek en nieuwswaarde van een interview bepalen en realiseren.
                              • De studenten zijn in staat belangrijke journalistieke problemen en thema’s te duiden.

                               


                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
                              Redactie 1,  Spreken voor radio en tv.
                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                              Geen.
                              Andere begincompetenties

                              Openheid voor feedback en bereidheid tot bijsturing.


                              LEERINHOUDEN

                              De studenten leren de basistechnieken van de journalistiek aan de hand van oefeningen en praktische toepassingen:

                              • Interviewtechnieken.
                              • Selecteren: selectiemechanismen en -criteria.
                              • Journalistieke technieken en thema’s worden toegelicht vanuit de journalistieke praktijk tijdens de werk- en gastcolleges.

                              STUDIEMATERIAAL
                              • Syllabus en notities. 
                              • Audiovisueel materieel, actuele dagbladen en publicaties, internet. 
                              • Diverse interviewprogramma's op radio en TV (zelfstudie).

                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              16

                               lesuren

                                16,67

                              practicum en oefeningen:

                              20

                               lesuren

                                20,83

                              vormen van groepsleren:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              studietijd buiten contacturen:

                              60

                               klokuren

                                62,50

                              Verdere toelichting:
                              Geen.

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode
                              • Permanente evaluatie: (onder andere aanwezigheid gastcolleges, actieve deelname groepsopdrachten, voorbereidende oefeningen):  10%.
                              • Productevaluatie: beoordeling vier interviews, waarvan twee informatieve interviews en twee human interest interviews. Informatieve: eerste: 20%, tweede:  30%. Human interest: eerste: 10%, tweede 30%.
                              • Voor een taak die niet of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een 0 op die taak. De scores van de taken worden mathematisch opgeteld.
                              • Als je een taak niet hebt afgegeven mag je die inhalen indien je afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorg je aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de lector en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. Je maakt zelf een afspraak met de lector over tijdstip en de wijze waarop je de taak mag inhalen. Indien je binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, ben je ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op die taak.
                              • Dt-fouten worden gesanctioneerd: per dt-fout wordt 1 punt op de totaalscore van de betreffende taak afgetrokken. 
                              • Als je uitspraken letterlijk overneemt van een ander en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleeg je een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in het OER.)
                              • Journalistieke technieken is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

                              tijd voor examinering
                              uren
                              0

                              %
                               
                               00,00

                              Tweede examenperiode
                              • De student maakt alleen een nieuwe opdracht binnen het interviewgenre (informatief / human interest) waarvoor hij niet geslaagd was. Als beide genres moeten herhaald worden: 50 % van de totaalscore voor informatief en 50 % voor human interest interview.
                              • Punten voor het interviewgenre (informatief / human interest) waarvoor de student tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.
                              • Dt-fouten worden gesanctioneerd: per dt-fout wordt 1 punt op de totaalscore van de betreffende taak afgetrokken.
                              • Journalistieke technieken is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is. 

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Informatica
                                

                              O.O. heeft componenten: Neen
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV50
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: inleidend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: 3
                              Wegingscoëfficient: 1
                              Totaal aantal contacturen: 27,5
                              Totaal studietijd: 78
                              Deeltijds programma:
                              Examencontract: mogelijk
                              Deliberatie: mogelijk
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Mairiaux Philippe


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING

                              Steeds meer bedrijven verwachten van hun werknemers dat ze met de computer kunnen werken. Logisch dus dat je één van de meest universele besturingsprogramma's, Windows, kent als je broekzak. Access en vooral Excel zitten je in de vingers. Een presentatie geef je voortaan met PowerPoint.


                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
                              • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                              De studenten kunnen logische problemen uit de praktijk oplossen met excel. Vervolgens kunnen ze grafieken vanuit verwerkte en niet verwerkte gegevens maken. Verder kunnen ze gegevensbanken manipuleren in excel. Ze kunnen de opmaak toepassen in excel. Met behulp van Access kunnen ze een databasesysteem opzetten: tabellen maken, linken en eenvoudige queries maken. Verder kunnen ze een diavoorstelling  met PowerPoint maken en uiteindelijk een mail-merge creëeren met Word en Excel / Access.


                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                              Geen.


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                              Geen.
                              Andere begincompetenties

                              Geen.


                              LEERINHOUDEN
                              • Excel
                              • Basis Access
                              • PowerPoint
                              • Mail-Merge

                              STUDIEMATERIAAL
                              Eigen cursus.
                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              10

                               lesuren

                                09,29

                              practicum en oefeningen:

                              16

                               lesuren

                                14,87

                              vormen van groepsleren:

                              0

                               lesuren

                                00,00

                              studietijd buiten contacturen:

                              66.6

                               klokuren

                                61,90

                              Verdere toelichting:
                              Geen.

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode
                              Openboek examen op computer: de student moet oefeningen oplossen.
                              tijd voor examinering
                              uren
                              1,5

                              %
                               
                               13,94

                              Tweede examenperiode

                              Openboek examen op computer: de student moet oefeningen oplossen.

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Workshop Gedrukte media
                                

                              O.O. heeft componenten: Neen
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV65
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: uitdiepend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: 6
                              Wegingscoëfficient: 2
                              Totaal aantal contacturen: 99
                              Totaal studietijd: 156
                              Deeltijds programma:
                              Examencontract: niet mogelijk
                              Deliberatie: mogelijk
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Frateur Wouter
                              Herroelen Patrick
                              Marain Frederik
                              Van Praet Imelda


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING

                              Na introductiesessies van de verschillende workshopvakken (zoals fotografie, grafische technieken en web), werk je samen met je redactieteam aan een themamagazine dat aanslaat bij een vooropgesteld publiek, ook door zijn vormgeving. Jullie zijn in team verantwoordelijk voor research, journalistieke keuzes, tekstinhoud, foto’s en lay-out. Het eindproduct is het resultaat van de inbreng van heel wat vakken. Het kan alleen maar slagen mits intensieve samenwerking met je redactiegenoten.

                               


                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO102 De student kan creatief denken.
                              • JO103 De student kan meertalig communiceren.
                              • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                              • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO206 De student kan teamgericht werken.
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
                              • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                              • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                              • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
                              • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
                              • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
                              • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
                              • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                              FOTOGRAFIE:
                              De student

                              • heeft kennis van vakterminologie en werkvormen.
                              • kan werken met een analoge en een digitale fotocamera.
                              • is in staat foto's te maken afgestemd op doel en doelgroep. 
                              • heeft oog voor de esthetische en vormvereisten van het stilstaande beeld.
                              • heeft oog voor de journalistieke waarde van een foto.
                              • kan omgaan met het programma Photoshop (basiskennis).
                              • is vertrouwd met beeldtaal.
                              • kan omgaan met digitale beeldbewerking, zowel technisch als esthetisch.

                              FRANS:

                              • De student kan zich mondeling uitdrukken (taalbeheersing).
                              •  De student kan gericht op zoek gaan naar Franstalige bronnen.
                              • De student kan  Franstalige bronnen begrijpen, analyseren en mondeling samenvatten in het Frans.
                              • De student kan Franstalige bronnen begrijpen, analyseren, samenvatten en verwerken in een Nederlandstalig artikel en dit onder  een bepaalde tijdsdruk.

                              REDACTIE:

                              • De student kan gericht informatie rond het afgesproken thema zoeken.
                              • De student kan de informatie verwerken in artikels.
                              • De student kan informatie verwerken in verschillende journalistieke genres.

                              GRAFISCHE TECHNIEKEN

                              • De student kan werken met het programma Adobe Illustrator (basiskennis).
                              • De student kan werken met het programma Adobe Indesign (basiskennis).
                              • De student kan een bestaande layout namaken in de vorm van een individuele brochure van 8 bladzijden (eigen cover, eigen teksten, eigen illustraties).

                              WEBJOURNALISTIEK

                              • De student kent het specifieke van webjournalistiek en het verschil tussen traditionele en webjournalistiek
                              • De student kan online schrijven.
                              • De student kent de betekenis en het belang van infografieken.
                              • De student kan een weblog aanmaken en onderhouden.

                              COLLECTIEF EINDPRODUCT

                              • De studenten kunnen in groep samenwerken.
                              • De studenten zijn in staat om teksten, illustraties en foto's en een layout te selcteren vanuit de doelstelling en de doelgroep die voorop wordt gesteld.

                               


                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                              Volledige programmajaar 1JOU.  


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                              Geen
                              Andere begincompetenties
                              Belangstelling hebben voor actualiteit
                              LEERINHOUDEN

                              FOTOGRAFIE:

                              • Praktische toepassing van de opgesomde specifieke doelstellingen.

                              FRANS:

                              • Les mots de liaison et le résumé.

                              REDACTIE:

                              • Bepalen van bruikbare onderwerpen binnen het opgegeven thema, rekening houdend met visualisering en praktische haalbaarheid.
                              • Werkverdeling en werkplanning.
                              • Magazineplanning: rubrieken, genres, mix, pagina's, planningstabel.

                              ALLE FACETTEN

                              Alle concrete opdrachten zijn opgenomen in een instructieboekje


                              STUDIEMATERIAAL

                              De studenten ontvangen een instructieboekje over de workshop met alle deelopdrachten en deadlines.

                              FOTOGRAFIE:
                              verplichte lectuur:

                              • Multimedia, naslagwerk voor audiovisuele communicatie’, Walter Van den Branden, Publicom
                              • Presentatie mbt vakterminologie en -begrippen, Blackboard
                              • Cursus 'Digitale fotografie', Blackboard 
                              • Oefenbundel Photoshop, Blackboard

                              aanbevolen literatuur:

                              • 'Digitale fotografie en Beeldbewerking’, Frans Barten, Focus Publishing
                              • 'The Photoshop CS Book' Scott Kelby, New Riders

                              FRANS:

                              • Teksten uit de geschreven en audiovisuele pers. 
                              • Module: "Les mots de liaison et le résumé" (Frans: 2de jaar)
                              • Leerplatform Blackboard

                              REDACTIE:
                              GRAFISCHE TECHNIEKEN:
                              WEBJOURNALISTIEK:

                              • Het materiaal dat tijdens de lessen wordt aangereikt

                               


                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              12

                               lesuren

                                08,30

                              practicum en oefeningen:

                              74

                               lesuren

                                51,18

                              vormen van groepsleren:

                              10

                               lesuren

                                06,92

                              studietijd buiten contacturen:

                              45.6

                               klokuren

                                31,54

                              Verdere toelichting:

                              Facetten van deze workshop zijn:

                              • Redactie 2
                              • Webjournalistiek
                              • Frans 2
                              • Fotografie
                              • Grafische Technieken

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode

                              Een gedetailleerde beschrijving is terug te vinden in het instructieboekje van de workshop.

                              Aanwezigheid is verplicht. Wie driemaal afwezig is bij de procesbegeleiding van een bepaald facet krijgt een nul voor dat facet, en wordt uitgesloten voor de volledige workshop. Studenten die zichzelf op die manier uitsluiten voor een workshop, beschikken over geen tweede examenkans. Zij kunnen binnen eenzelfde academiejaar niet meer slagen en worden dus meteen verwezen naar een bisjaar.

                              Medische attesten gelden niet als verzachtende omstandigheid voor het nakomen van alle verplichtingen of deelopdrachten.

                              Voor een taak of werkstuk dat onvolledig, niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een nul. De scores van alle deeltaken worden mathematisch opgeteld.

                              Als men uitspraken, werkstukken, foto's ... letterlijk overneemt van een ander en niet aantoont dat het om een citaat gaat, of daarmee ingaat tegen de afspraak om exclusief eigen materiaal te gebruiken, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat  gestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER

                               

                              Tekort van x op een facet

                              Max. totaalscore voor opl.ond.

                              1

                              Mathematisch berekende totaalscore

                              2

                              Mathematisch berekende totaalscore

                              3

                              7/20

                              4

                              6/20

                              5

                              5/20


                              tijd voor examinering
                              uren
                              3

                              %
                               
                               02,07

                              Tweede examenperiode

                              Het facet waarvoor de onvoldoende werd behaald, wordt in tweede exameperiode opnieuw afgelegd.

                              Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.

                              Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom zal het voor de tweede examenperiode vervangen worden door een individuele opdracht.

                               

                               

                              2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Workshop AV (radio en tv)
                                

                              O.O. heeft componenten: Neen
                              Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
                              Code: 2PV64
                              Academiejaar: 2008-2009
                              Type: kern
                              Niveau: uitdiepend
                              Programmajaar: 2
                              Periode binnen het modeltraject: S:1
                              Aantal studiepunten: 6
                              Wegingscoëfficient: 2
                              Totaal aantal contacturen: 97
                              Totaal studietijd: 156
                              Deeltijds programma:
                              Examencontract: niet mogelijk
                              Deliberatie: mogelijk
                              Vrijstelling of overdracht: mogelijk
                              Onderwijstaal: Nederlands
                              Lector(en): Herroelen Patrick
                              Leemans Hilde
                              Mermans Sandra
                              Van Doninck Jo
                              Vlecken Koen


                               

                              KORTE OMSCHRIJVING

                              Ook in deze workshop investeer je bloed, zweet en tranen. Maar je bent o zo trots bij de geboorte van je eerste echte radioverhaal en televisiereportage. Je herhaalt of leert eerst heel wat praktische vaardigheden uit het vakkenpakket van het tweede jaar (o.a. video en radio) om ze samen met je redactieteam toe te passen in een sfeerreportage waarin je het geheim van een plein of straat met treffende (klank)beelden vertelt.


                               


                              COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
                               Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

                              Algemene competenties

                              • JO101 De student kan strategisch redeneren.
                              • JO102 De student kan creatief denken.
                              • JO103 De student kan meertalig communiceren.
                              • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
                              • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
                              Algemene beroepsgerichte competenties
                              • JO206 De student kan teamgericht werken.
                              • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
                              • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
                              Beroepsspecifieke competenties
                              • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
                              • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
                              • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
                              • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
                              • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
                              • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
                              • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
                              • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
                              • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
                              • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
                              • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

                              SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

                              VIDEO:
                              De student

                              • kan vlot werken met een digitale videocamera.
                              • kan videobeelden bewerken met iMovie.
                              • heeft oog voor de esthetische en vormelijke vereisten van het bewegend beeld.
                              • heeft oog voor de journalistieke waarde van een beeld.
                              • is vertrouwd met beeldtaal.
                              • is in staat zijn beelden en montage af te stemmen op doel en doelpubliek.

                              ENGELS 2:
                              De student

                              • kan een 'script' voor een TV-programma schrijven en vlot en duidelijk inspreken.
                              • beheerst de taal mondeling naar uitspraak en zinsintonatie. (Extra aandacht voor fonetische transcriptie).
                              • maakt geen fouten tegen enkele hardnekkige uitspraakproblemen.

                              RADIO:
                              De student

                              • kent radioprogramma's.
                              • kan er actief aan meewerken.
                              • is vertrouwd met radiotaal.
                              • is in staat een interview op te nemen dat aan de minimale technische voorwaarden voldoet om uitgezonden te kunnen worden.
                              • kan een interview monteren, afmixen en uitzendklaar maken. 
                              • kent de beginselen van analoge en digitale audio.
                              • weet de juiste technische termen te gebruiken.

                              REDACTIE 2 AV:
                              De student

                              • is in staat goed gedoseerde informatie functioneel te verbinden aan beelden.
                              • is in staat heldere, transparante en samenhangende inleesteksten te maken.
                              • is in staat zijn teksten te schrijven zonder fouten tegen spelling, geziene zinsconstructies en taal-en stijladviezen zoals geformuleerd in de cursus Redactionele Technieken en het Stijlboek.
                              • is in staat zijn inleesteksten in AN (dwz zonder systematische en herhaalde dialectklanken) , met correcte articulatie en tempo in te spreken.
                              • is in staat zacht-nieuwsteksten met de gepaste intonatie en sfeer over te brengen.
                              • is in staat de elementaire regels van de zinsklemtonen correct toe te passen.

                              RESEARCH:
                              De student

                              • kan het internet gebruiken voor het uitvoeren van informatieopdrachten.
                              • kan alle meer traditionele mediadragers gebruiken als bronnen van informatie.
                              • kan een in de praktijk en aan het medium aangepast researchdossier samenstellen.

                              WEBJOURNALISTIEK
                              De student

                              • kent het specifieke van webjournalistiek en het verschil tussen traditionele en webjournalistiek.
                              • kan online schrijven.
                              • kan beelden en illustraties online plaatsen.
                              • kent de betekenis en het belang van infografieken.
                              • kan een weblog aanmaken en onderhouden.

                              COLLECTIEF

                              • de student kan samenwerken.

                              VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
                              Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

                              Volledige programmajaar 1JOU


                              Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
                              Geen
                              Andere begincompetenties
                              Belangstelling hebben voor je omgeving.
                              LEERINHOUDEN

                              De student ontvangt een instructieboekje met alle deelopdrachten en deadlines.

                              VIDEO:

                              • algemene beeldoefeningen.
                              • gerichte oefeningen met het oog op het maken van een sfeerbeeld van een pleintje. 

                              ENGELS 2:

                              • Aanleren en inoefenen van fonetisch schrift (passieve kennis: enkel lezen).
                              • Uitspraakoefeningen. 
                              • het beheersen van eenvoudige radiotaal.

                              RADIO:

                              • Een hoorcollege behandelt de basisbegrippen van analoge en digitale audio en de bijhorende technische termen, en de workflow van opname tot en met afgewerkt radioproduct.
                              • Demonstratie van hoe opnames gebeuren met microfoon en solid state recorder, hoe je geluid importeert op pc, en hoe montages op pc in Sound Forge en Vegas  verlopen.
                              • Bespreking van een eerste ruw gemonteerd interview met behoud van alle vragen.
                              • Hoorcollege over afmixen, uitzendklaar maken en kopiëren op CD.
                              • Bespreking van een tweede interview, zonder vragen, met inleiding en bindteksten.
                              • Begeleiding van de radioreportage met een toeristisch portret van een Antwerps pleintje.

                              REDACTIE 2 AV:

                              • inleestechnieken: AN, intonatie, articulatie, tempo, pauzes en klemtonen.
                              • observatie-oefeningen van reisreportages op video:verhaal in beeldtaal, relatie tekst en beeld.
                              • observatie-oefeningen van reisreportages in gedrukte media: opbouw verhaal, rol van zintuiglijke indrukken, dosering informatie.
                              • schrijfoefeningen in transparante inleesteksten: zinsstructuren, stijl en taalzorg: schrijven voor audio-visuele media.

                              RESEARCH:

                              • Visuele kennismaking en verkenning van een plein als onderzoeksvoorwerp.
                              • Opsporen en selecteren van "traditionele" informatiebronnen.
                              • Opsporen en selecteren van digitale informatiebronnen. 
                              • Opbouw van een researchdossier.

                              WEBJOURNALISTIEK

                              • schrijven voor online.
                              • infografieken.
                              • weblog.

                               

                               


                              STUDIEMATERIAAL

                              VIDEO:

                              • Syllabus
                              • Video

                              ENGELS:

                              • Syllabus

                              RADIO:

                              • Twee handleidingen in PDF formaat op de website van Koen Vlecken.
                              • Audio introductie: wat is geluid?
                              • Audio monteren in Sound Forge en Vegas.

                              REDACTIE:

                              • cursusbundel " Redactie 2: workshop audiovisuele media"
                              • video's met reisreportages.
                              • kopies van geschreven reisreportages.
                              • thuis bekeken reisreportageprogramma's op TV.

                              RESEARCH:

                              • Arjan Dasselaar, Handboek Internetresearch, Van Duuren Media, 2004.

                              WEBJOURNALISTIEK

                              • het materiaal aangereikt in de lessen.

                               


                              WERKVORMEN
                              Soort werkvorm uren  

                              %

                              hoor- en werkcolleges:

                              12

                               lesuren

                                08,45

                              practicum en oefeningen:

                              74

                               lesuren

                                52,11

                              vormen van groepsleren:

                              10

                               lesuren

                                07,04

                              studietijd buiten contacturen:

                              45

                               klokuren

                                31,69

                              Verdere toelichting:
                              Geen.

                              EVALUATIE

                              Eerste examenperiode

                              Een gedetailleerde beschrijving is terug te vinden in het instructieboekje van de workshop.

                              Aanwezigheid is verplicht. Wie driemaal afwezig is bij de procesbegeleiding van een bepaald facet krijgt een nul voor dat facet, en wordt uitgesloten voor de volledige workshop. Studenten die zichzelf op die manier uitsluiten voor een workshop, beschikken over geen tweede examenkans. Zij kunnen binnen eenzelfde academiejaar niet meer slagen en worden dus meteen verwezen naar een bisjaar.

                              Medische attesten gelden niet als verzachtende omstandigheid voor het nakomen van alle verplichtingen of deelopdrachten.

                              Voor een taak of werkstuk dat onvolledig, niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een nul. De scores van alle deeltaken worden mathematisch opgeteld.

                              Als men uitspraken, werkstukken, foto's ... letterlijk overneemt van een ander en niet aantoont dat het om een citaat gaat, of daarmee ingaat tegen de afspraak om exclusief eigen materiaal te gebruiken, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat  gestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER

                               

                               

                              Tekort van x op een facet

                              Max. totaalscore voor opl.ond.

                              1

                              Mathematisch berekende totaalscore

                              2

                              Mathematisch berekende totaalscore

                              3

                              7/20

                              4

                              6/20

                              5

                              5/20


                              tijd voor examinering
                              uren
                              1

                              %
                               
                               00,70

                              Tweede examenperiode

                              Het facet waarvoor de onvoldoende werd behaald, wordt in tweede exameperiode opnieuw afgelegd.

                              Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.

                              Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom zal het voor de tweede examenperiode vervangen worden door een individuele opdracht.