ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Communicatiemanagement - 2CC - Onderdelen - Audiovisuele media
  

Component behoort tot O.O.: Massamedia
Afstudeerrichting: CM:Communicatiemanagement
Code: 2BC53
Academiejaar: 2008-2009
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: S:1
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 50
Totaal aantal contacturen: 30
Totaal studietijd: 39
Deeltijds programma:
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Herroelen Patrick


 

KORTE OMSCHRIJVING
In dit opleidingsonderdeel behandelen we de massamedia structureel en beleidsmatig. In dit tweede onderdeel -- audiovisuele media -- staan radio en televisie centraal. Lokale radio, landelijke radio, kabelradio, regionale televisie, commerciële televisie, betaaltelevisie, VTM, VRT, VT4, 4FM, Q-Music,… ze komen allemaal aan bod. We starten met de overheid, de beleidsorganen en het beleid. Nadien bespreken we de verschillende marktspelers, de publieke radio en televisie, de private lokale radio, de private landelijke radio, de private landelijke televisie, de private regionale televisie.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • CM101 De student kan strategisch redeneren.
  • CM104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • CM207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • CM309 De student kan probleemoplossend analyseren en strategisch denken.
  • CM310 De student heeft een ruime kijk op de wereld en volgt de maatschappelijke trends.
  • CM312 De student kan doelgericht relevante informatie verzamelen, kritisch beoordelen en verwerken.
  • CM313 De student kan zelfstandig en teamgericht werken.
  • CM318 De student kan een communicatieplan plaatsen en verantwoorden in zijn maatschappelijke context.
  • CM319 De student kan uit de verschillende communicatievormen de juiste keuze maken op basis van zijn inzicht in hun mogelijkheden en beperkingen.
  • CM320 De student kan een kritisch overwogen mediaplan opstellen op basis van zijn kennis van de verschillende mediumtypes.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student kent de voornaamste spelers in het Vlaamse radio en televisielandschap
  • De student kan radio en televisie als communicatiekanalen kaderen in het medialandschap.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
Medialeer eerste jaar
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
Geen
Andere begincompetenties
Belangstelling hebben voor massamedia en de media - actualiteit volgen
LEERINHOUDEN
    • Organisatie, werking en beleid van radio en televisie in Vlaanderen (België) staan centraal. 
    • Een beperkte historische schetst de voornaamste evolutielijnen inzake radio en televisie. 
    • Het medialandschap wordt geschetst vanuit de variatie aan radio en televisie zoals die zich voor de studenten thans aandient. Volgende domeinen worden behandeld:
      • de evolutie van productie naar distributie
      • de bevoegdheid radio en televisie 
      • de overheid: ministers en bevoegdheden, advies en toezichtsorganen 
    • Een variatie aan radio en televisie
      • landelijke radio en televisie
      • regionale radio en televisie
      • lokale radio

 


STUDIEMATERIAAL
Cursus
Media-actualiteit

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

24

 lesuren

  51,28

practicum en oefeningen:

4

 lesuren

  08,55

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

16.8

 klokuren

  35,90

Verdere toelichting:
In de hoorcolleges staat kennisoverdracht centraal. Interactiviteit wordt aangemoedigd.

EVALUATIE

Eerste examenperiode

Examen. Schriftelijk. 20 meerkeuzevragen - 20 ptn.

Foute én blanco antwoorden worden gesanctioneerd (-1/3 punt)

Audiovisuele media

is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.


tijd voor examinering
uren
2

%
 
 04,27

Tweede examenperiode

Examen. Schriftelijk. 20 meerkeuzevragen -20 ptn.

Foute én blanco antwoorden worden gesanctioneerd (-1/3 punt)

Audiovisuele media 

is één van de samenstellende componenten van een omvangrijk opleidingsonderdeel. Voor dergelijke opleidingsonderdelen geldt volgende regel: een tekort voor één van de samenstellende componenten levert altijd een tekort op voor het volledige opleidingsonderdeel.  Zelfs al zou het mathematische gemiddelde van de scores voor de verschillende componenten een cijfer boven of gelijk aan tien opleveren, toch verschijnt er dan voor het gehele opleidingsonderdeel op het rapport ten hoogste een negen. Bovendien wordt er dan bij de deliberatie gekeken naar het tekort voor de betrokken component. Indien een student geen voldoende haalt voor een opleidingsonderdeel met componenten, en niet gedelibereerd wordt, moet hij herkansen voor de component(en) waarvoor hij een tekort haalde. De component waarvoor hij een voldoende haalde, levert automatisch een overdracht op naar een volgende examenperiode van hetzelfde academiejaar of van het volgende academiejaar. Opgelet, deze overdracht geldt maar voor het volgende academiejaar. Daarna vervalt de overdracht en moet de component opnieuw geëvalueerd worden.